5 dagelijkse dingen die heel anders gaan met kinderen | Stefanie Jansen
29 augustus, 2016

dingen die heel anders gaan met kinderen

Nu ik twee kinderen heb, realiseer ik me pas dat sommige dingen heel snel en zonder gedoe gingen toen ik nog geen kinderen had. Gewoon, alledaagse dingen. Dingen die zo vanzelfsprekend makkelijk waren in het tijdperk before the kids. Zomaar een greep uit dingen die heel anders gaan:

1. Eten.
Niet alleen eten, ook koken en alles afruimen gaat net een tíkkeltje anders met kinderen. Even op je gemak in de pannen roeren? Vergeet het maar. Etenstijd = jengeltijd. Koken gaat vaak gepaard met een zeurend kind dat aan je benen loopt te trekken. Lang leve de iPad of televisie. En als het eten dan eindelijk op tafel staat, wordt het koud omdat je eerst de borden van de kids moet opscheppen en de mondjes moet vullen. De kleinste wil nu vooral alles zelluf doen. Het voordeel is dat ik zelf ook wat rustiger kan eten. Een nadeel van dat zelf doen (lees: een hand eten graaien en in je mond doen- de helft ernaast) is dat het gepaard gaat met heel veel smerigheid. Dus de tafel afruimen en de afwas in de vaatwasser zetten is nu wat uitgebreid met het slagveld op en onder de tafel opruimen en schoonmaken.

2. De deur uitgaan.
Spontaan even de deur uitgaan. Gewoon je jas en tas pakken en hop de deur uit. Nee hoor. Trek daar met kleine kinderen minimaal 10 minuten voor uit. Alle spullen in de tas? Check. Jas aan en schoenen aan. Na wat tegenstribbelen omdat mevrouw elke seconde van schoenenkeuze wisselt: check. Shit, een volle luier. Is het ene kind voorzien van schone luier, heeft het andere de schoenen en jas alweer uitgetrokken. Zucht, het is nog maar 9 uur…

3. Rustig opstaan en ontbijten.
Zodra de wekker gaat, is het een race tegen de klok. Als je zorgt dat je zelf al up and running bent als de kinderen wakker worden, scheelt dat al een hoop. Kinderen aankleden, ontbijten, haren doen. Klinkt zo simpel. Zou het ook zijn als ze meewerken. Peuters van 3 jaar kennen dat begrip niet. Ben je klaar voor vertrek? Zie punt 2.

4. Boodschappen doen.
Even snel de winkel door om wat boodschappen te halen is verleden tijd. Het begint al voordat we in de winkel zijn. ‘Mama, een eigen karretje!’ Geduld is een schone zaak als een peuter zelf het winkelwagenmuntje in het kinderkarretje wil doen. Loop je in de winkel, is het: ‘Mama, ik moet plassen! PLAS-SEN! Heel nodig! Nodiggggg!!!’’ Als ze dan ook nog naar de plek in kwestie grijpt is (lijkt) het een serieuze zaak. Hup, naar het toilet. Help, waar laat ik zo snel die kinderwagen of volle winkelwagen mét een ander kind erin?! Boodschappen doen met twee kindjes kost vooral ook veel tijd als je er in de supermarkt achterkomt dat je je portemonnee bent vergeten, heb ik onlangs aan den lijve ondervonden.

5. Een nacht doorslapen zonder gestoord te worden.
Nu mogen wij absoluut niet klagen met twee kinderen die meestal gewoon lekker slapen. Toch moeten we er geregeld minstens één keer per nacht uit. De nachten aan één stuk slapen zonder gestoord te worden, zijn denk ik op één hand te tellen. Wel hebben we te maken met het genre vroege vogels. Uitslapen is er dus ook niet echt bij. Het scheelt dat ik zelf geen enorme uitslaper ben. Maar als er één in het weekend voor 6:00 uur vrolijk begint te kletsen, denk ik wel: mag dat niet íets later?! Afgelopen weekend haalden we een record: 9:00 uur. Uiteraard was ik toen zelf al 2 uur uit de veren, omdat de ander wél om 7 uur wakker is. Het schijnt beter te worden. Ooit.

Hebben jullie nog meer voorbeelden van dingen die met kind(eren) ietswat anders gaan?